Travelblog from around the World

Nach 3,5 Wochen in Tadschikistan war es mal wieder Zeit, dieses “Stan” gegen ein anderes einzutauschen, nämlich Kirgisistan. Wie schon berichtet, fuhren wir früh 05:00 Uhr mit 9 Personen in einem Jeep (für eigentlich 7 Personen) in Murghab los und wir hatten leider die meiste Zeit schlechtes Wetter. Das Einzige, was wir sehen konnten, war der Stacheldrahtzaun, der die Grenze zu China markierte und meist weniger als 50 Meter von der Strasse entfernt war. Auf einem 4200 Meter hohen Pass, auf dem sich der Grenzposten zwischen Tadschikistan und Kirgisistan befand, wurden wir gründlich nach Drogen und anderen verbotenen “Produkten” durchsucht. Die Kontrolle übernahm ein Hund. Man erwartet natürlich einen großen Schäferhund, der einem ordentlich Angst einjagen soll, aber hier war es nur ein kleiner, niedlicher Cocker Spaniel. Leider konnten wir keine Fotos machen, aber es sah schon ziemlich lustig aus!

Als wir in Osh ankamen, nach 16 Stunden Fahrt, war es inzwischen dunkel, aber man merkte schnell, dass wir die Bergregionen verlassen hatten, denn es war noch ca. 25 Grad warm. Am nächsten Tag gab es endlich Essen, das es in Tadschikistan nicht gab! Eine leckere Pizza und viel Obst! Viel Zeit gönnten wir uns in Osh nicht zum Ausruhen nach der anstrengenden Zeit in Tadschikistan, denn wir wollten so schnell wie möglich nach Bishkek, um das Visum für China zu beantragen. Für schlappe 15 Dollar pro Person bekamen wir einen Platz in einem alten Mercedes Kombi und fuhren auf der asphaltierten!!! Strasse in neun Stunden über zwei Pässe, entlang vieler Jurten und typisch kirgisischer Berglandschaft in die Hauptstadt von Kirgisistan.

Mit einem ‘deja vu’-Gefühl nach unserem Visa-Kampf in Tashkent reihten wir uns früh 07:00 Uhr in die Schlange wartender Menschen vor der chinesischen Botschaft und kämpften uns ca. 10:30 Uhr nach drinnen. Da es ungefähr eine Woche dauern sollte, bis wir unsere Pässe mit dem Visum zurück bekommen sollten, beschlossen wir, noch am gleichen Tag weiter nach Tamchy zu fahren.

Tamchy ist ein kleines Dorf am Issyk Kul-See, dem zweitgrößten Alpinsee der Welt. Von unserem Balkon hatten wir “Seeblick” und nach einigem Zögern beschlossen wir, doch noch ins etwas kühle Wasser zu springen!

Na drie en een halve week Tajikistan was het uiteindelijk tijd om deze ‘Stan’ in te ruilen voor weer een andere, en wel Kyrgyzstan. We reden zoals gezegd vroeg om 5 uur weg vanuit Murghab met 9 man in de Jeep en hadden helaas het grootste gedeelte van de rit slecht weer. Het enige wat we konden zien was hoe het prikkeldraad de grens met China op soms minder dan 50 meter van de weg markeerde. Op de 4200 meter hoge pas die dienst doet als grenspost tussen Tajikistan en Kyrgyzstan werden we grondig gecontroleerd op drugs en andere verboden ‘prodoekten’. Hier werd zelfs een hond voor ingezet. Je verwacht hier een grote herdershond die indruk maakt, maar hier werd een zielige Cocker Spaniel ingezet. Helaas konden we hiervan geen foto’s maken, want dit zag er erg grappig uit!

Bij aankomst in Osh, inmiddels 16 uur later en donker, werd het toch snel duidelijk dat we het hoogland verlaten hadden want de temperatuur reikte nog makkelijk boven de 25 graden. De volgende dag kochten we wat er in Tajikistan niet te krijgen is. Een heerlijke pizza en veeel fruit! Veel tijd gunden we ons niet in Osh om van de vermoeiende tijd in Tajikistan bij te komen, want we wilden zo snel mogelijk naar Bishkek om het visum voor China aan te vragen. Voor een schappelijke 15 dollar pp hadden we een plekkie in een oude Mercedes stationwagon gevonden en reden we over een geasfalteerde(!) weg in 9 uurtjes over 2 passen, langs vele yurts en typisch groen Kyrgyz berglandschap naar de hoofdstad van Kyrgyzstan.

Met veel ‘deja vu’ gevoelens naar ons visa gevecht in Tashkent, sloten we ons om 7 uur ‘s ochtends aan in de rij wachtende mensen en vochten ons om ongeveer 10:30 naar binnen in de Chinese ambassade. Omdat het een week in beslag zou nemen voordat we ons paspoort weer op konden halen, besloten we dezelfde dag nog richting Tamchy te vertrekken. Een klein dorpje aan het Issyk-Kul meer. Het tweenagrootste alpiene meer ter wereld. Vanaf het balkon hadden we ‘meerzicht’ en na wat aarzelen besloten we toch maar een duik te nemen in het toch nog iets te koude water!